Gij Zone Davids, ontferm U onzer
Hoe weet ik dat Hij mij bezit?
“Gij Zone Davids, ontferm U onzer” Mattheüs 9:27
Mattheüs 9 is één van de rijkste hoofdstukken in het Evangelie. Hoofdstuk na hoofdstuk leert ons wat het betekent om een discipel van Jezus Christus te zijn. Voor mij persoonlijk betekent het dat ik altijd een levende herinnering heb aan wat Hij voor mij heeft gedaan.
Zo weet ik dat ik van Hem ben, want toen ik laag was, heeft Hij me opgetild. Aan het begin van het hoofdstuk vinden we het verhaal van de verlamde man die door zijn vrienden bij Jezus wordt gebracht. We weten niet hoe of waarom hij verlamd raakte, maar we weten wel dat we allemaal door zulke diepten zijn gegaan. Jezus boog zich neer en tilde mij op toen ik lichamelijk, geestelijk, psychisch, financieel, familiair en in mijn relaties down was.
Ik weet dat ik van Hem ben, want toen mijn dagen zinloos en betekenisloos waren, gaf Christus mijn leven zin. Mattheüs was een tollenaar en je zou denken dat dat zijn leven zin zou hebben gegeven. Als je denkt dat je leven zin heeft omdat er geld komt, dan ben je de armste persoon ter wereld. Jezus ziet de hopeloze toekomst die Mattheüs te wachten staat en zegt hem Mij te komen volgen. Door het woord van Jezus werd de niemand iemand en gaf Hij een naam aan een naamloze man. In Jezus Christus leerde Mattheüs de zin van het leven kennen.
Ik weet dat ik van Hem ben, want toen ik dood was, gaf Christus mij leven. De Heere Jezus zegt over de dochter van Jaïrus dat ze niet dood is, maar slaapt. Niemand van ons die nu leeft weet wat het betekent om lichamelijk te sterven, maar zonder Jezus Christus waren we allemaal ooit geestelijk dood. Het leven dat we nu leven wordt geleefd door het geloof in Jezus Christus. Hij heeft ons het leven gegeven. Van de geestelijke dood kan noch religie, noch de kerk, noch een goede moraal, noch wat je gelooft dat goed is, je uit de dood opwekken. Hij alleen! Ik was dood in mijn zonden, maar Hij heeft mij opgewekt tot nieuw leven.
Zo weet ik dat ik van Hem ben, want toen ik ziek was, genas Hij mij. Jezus ging naar de dochter van Jaïrus, maar stopte naast een zieke vrouw. De ontmoeting met Jezus maakte een einde aan een 12-jarige ziekte. In mijn leven heb ik ziekten gehad die door Jezus met de hulp van de artsen waren genezen en ziekten die waren genezen toen Jezus mij vrede gaf. Ik ben dankbaar omdat ik de beste Dokter heb!
Ik weet dat ik van Hem ben, want toen ik blind was, opende Hij mijn ogen. Jezus ontmoet twee blinden die Hem om hulp vragen. De Heere vraagt terug: “Geloven jullie dat Ik daartoe in staat ben?” Ze zeiden tegen hem: “Ja, Heere.” Toen raakte Hij hun ogen aan en zei: “Naar uw geloof zal het u geschieden.” Het is verschrikkelijk om blind te zijn, maar erger dan dat Jezus tegen de Farizeeën zegt dat ze wel ogen hebben, maar niet kunnen zien. Het is een groot iets om de wonderen van Gods liefde in het leven niet te zien! Ik was blind, maar nu zie ik! Dank u, Heere Jezus!
Eindelijk weet ik dat ik van Hem ben, want ik was stom en Hij opende mijn mond. Jezus geneest een doofstomme bezeten man. Het is vreemd om te zien dat bezetenheid en stomheid met elkaar te maken hebben. We hebben monden, maar we kunnen niet over Jezus spreken. Wie laat ons dat niet toe? Is er iemand die ons de mond kan snoeren? Ja, Satan. Vertel jij anderen over Jezus? Ik dank God dat mijn mond opengaat en vandaag schaam ik me niet om het Evangelie aan anderen te verkondigen.
Door dit alles weet ik zeker dat ik van Jezus Christus ben! Hij die zoveel voor mij heeft gedaan, Hij gaf Zijn leven opdat ik leven zou hebben. Ik wens u hetzelfde leven toe! Amen.
Wees gezegend! Gode bevolen!
Voorganger Tibor Kovács